‘Hulp bij baan vooral dure grap’ kopte het
Parool van Dinsdag 30 Januari. De Amsterdamse Rekenkamer had vastgesteld dat het beleid van (verplichte) cursusbegeleiding
van bijstandstrekkers vooral kostbaar is en zeer magere resultaten oplevert.
De gemeente Amsterdam reageerde zwakjes, zonder de feiten te ontkennen..
De werkelijkheid van het probleem is in feite veel dramatischer dan in het rekenkamer-rapport en het Parool-artikel naar voren komt. In de ‘reïntegratie industrie’ wordt aan landelijk ongeveer 3000 bemiddelingsbureaus honderden miljoenen overheidsgeld besteed. Alleen een zeer beperkt aantal uitkeringsgerechtigden verkrijgt via hen een reguliere baan en deze doorzetters zouden het meestal ook zonder begeleiding wel redden. Eigenlijk is het lachwekkend. In de praktijk hebben de gemangelde uitkeringstrekkers met name last van al die goedbedoelende hulpverleners en velen voelen zich vernederd in het systeem.
Wat is er mis? Het uitgangspunt van overheidsbeleid is fout. Het probleem is niet dat werknemers hun weg niet vinden naar de deur van de werkgever om daar een e-mail of sollicitatiebrief te deponeren. Maar die deur blijft in zeer veel gevallen gesloten. Er is domweg niet voldoende arbeid voor iedereen. Wat zeg je tegen die 53-jarige werknemer, die door een reorganisatie na 28 jaar zijn baan in de gezondheidszorg verloor en graag wil werken? Gezond, gemotiveerd, blakend van enthousiasme schreef hij 400 sollicitatiebrieven en had na een jaar nog geen baan.
Als zo iemand geen reguliere functie vind, wat hebben
we dan te bieden aan mensen die jarenlang in een uitkering hebben gezeten? Zijn die arbeidsbemiddelaars niet gewoon goedverdienende
‘mooi weerpraters’, wanneer zij beweren dat zij bijstandstrekkers aan reguliere
vaste banen kunnen helpen? Maar waar zijn die banen dan? Het feit dat mensen
geen reguliere baan hebben betekent niet dat ze gek zijn en een aantal van
hen zijn na al die jaren zeer kritisch op hun verplicht toegewezen begeleiders.
In veel gevallen leidt dit tot onderlinge spanningen en in sommigen gevallen
zelfs tot fysiek geweld.
Het probleem ligt bij fout overheidsbeleid en illusiepolitiek. Laten we eens ophouden mensen te begeleiden, die niet begeleid willen worden. De meeste mensen willen echt wel een baan of een werkopdracht, maar het is niet hun schuld dat die banen er niet zijn en waarom ze dan jarenlang vernederen? Het probleem ligt niet bij hen, maar bij ons als overheid, werkgevers en instellingen, die ze die opdracht of functie niet kunnen of willen bieden.
Er heerst bij politici een illusoir beeld. ‘Het
gaat goed met de economische groei.
Er is nieuwe economische activiteit. Er worden voldoende banen geschapen en
de achterblijvende werknemers moeten alleen geholpen worden om er een te vinden’.
Het eerste is waar, maar het laatste is dus baarlijke nonsens. In sommige
sectoren is misschien meer werk, er zitten nog steeds rond een miljoen mensen
in een uitkering of hebben als zelfstandige te weinig eigen inkomsten om te
kunnen bestaan.. Of het nu gaat over mensen in de bijstand, in de WW (2006:
406.000), in de WAO, vervroegde uittreders, niet intredende huisvrouwen, niet
voldoende verdienende zelfstandigen of mensen in gesubsidieerde arbeid. Er
is een structureel tekort aan betaalde reguliere arbeidsplaatsen en zeker
enigszins passende arbeidsplaatsen. Iedereen die dat ontkent, leest de cijfers
onvoldoende kritisch en communiceert onvoldoende met het kwetsbare deel van
de arbeidsmarkt.
De overheid wil aansluiten bij het nieuwe elan, maar grijpt daardoor naar de verkeerde middelen. Er is met name in de non-profit sector een structureel arbeidsplaatsentekort om iedereen aan werk te helpen. Daar helpt arbeidsbemiddeling niets bij. De collectieve ruimte wordt met bemiddeling niet groter.
Er is geen behoefte aan arbeidsbemiddelaars, maar aan arbeidsplaatsen. Voor werkgevers is het zelfs een negatief punt als iemand geholpen moet worden om zichzelf aan te bieden Het cynische is dat arbeidsbemiddelaars ook helemaal dat werk niet rechtstreeks aanbieden aan de werkzoekenden, zoals uitzend- en selectiebureaus nog doen, maar alleen maar roepen dat mensen het zelf moeten doen en desnoods doorverwijzen naar cursussen, waarin werkzoekenden weer horen dat ze toch vooral zelf actief moeten zijn. Tja, dat hadden zelf ook al bedacht.
Werkloze werknemers zijn niet gek en zijn in principe best productief in te zetten. Arbeidsbemiddeling is daarbij grotendeels overbodig. We leven in een communicatiesamenleving en iedereen kan op internet werkaanbiedingen vinden en vergelijken en anders heeft iemand echt wel een familielid of vriend om een handje te helpen. Het probleem is alleen dat er te weinig werk is. Op iedere reguliere baan komen honderden reacties, werkgevers hebben een idioot luxeprobleem en kieperen de meeste reacties direct in de prullenbak. Zij kiezen natuurlijk de best toegesneden werknemer voor de functie. Laten we ophouden met het zelfbedrog. Als werkgevers zeggen geen mensen te kunnen vinden, moeten ze zich eens afvragen of de geboden voorwaarden wel voldoende zijn. Bij ieder sollicitatieproces krijgt gemiddeld 90% of meer van de sollicitanten een negatief resultaat. Het is begrijpelijk dat sommige mensen aan dat ‘Sorry U niet’-spelletje niet meer mee willen doen en hun leven op positiever wijze vormgeven.
Als we die groep opnieuw in het arbeidsproces willen halen dan is er grote behoefte aan veel goedkope, interessante en reguliere arbeid. Hoe? In de jaren 90 zijn er fondsen beschikbaar gekomen, waarmee werkgevers in de non-profitsector op grote schaal gesubsidieerde banen, waaronder ID-banen (Melkertbanen) hebben geschapen. In Amsterdam werden door instellingen alleen al rond de 4000 van dergelijke banen geschapen. Resultaten waren redelijk positief.. Naast ordinaire werkverschaffing groeiden een aantal ID banen uit tot volwaardige banen in niets verschillend van reguliere banen. In 2002 ging het beleid om en de 4000 functies moesten weer worden weg bezuinigd. Men heeft zich niet afgevraagd welke nieuwe functies het maatschappelijk waard waren om regulier te worden. Alleen via de motie-Sargentini in de Amsterdamse gemeenteraad kregen een zeer beperkt aantal ID banen een beschermde status. De rest van de geschapen banen moest zo gauw mogelijk verdwijnen.
Vervolgens werd er veel geld uitgegeven aan arbeidsbemiddelaars,
die de opdracht kregen om de werknemers door te laten stromen en hun functies
te vernietigen. Ofwel het huidige beleid vernietigt de banen voor de mensen
die uit een uitkering komen en geeft het geld aan de bemiddelingsbureaus.
In Amsterdam subsidieert de gemeente een arbeidsbemiddelingsmoloch met 9000
CAO betaalde medewerkers. Pantar Amsterdam
kost honderden miljoenen belastinggeld, dat weggehaald wordt uit sociale fondsen.
Fondsen, die bedoeld waren voor banen voor uitkeringsgerechtigden en kwetsbare
groepen op de arbeidsmarkt. De opdracht van wethouder Aboutaleb en zijn DWI
aan Pantar Amsterdam is de 4000 gesubsidieerde banen
in Amsterdam weg te bezuinigen
In de praktijk is er momenteel een zinloze koude oorlog gaande, waarin werkgevers op straffe van kortingen moeten meewerken aan de opheffing van ID-functies en werknemers uit loyaliteit naar hun functie en het bedrijf lijdzaam verzet plegen. Het werkgevers- en werknemersbelang staat hier tegenover dat van de arbeidsbemiddelaars.
Wat nu te doen? Wanneer we iedereen een betaalde baan willen bezorgen dan is er behoefte aan tienduizenden nieuwe betaalde reguliere functies in het onderwijs, de zorg en de cultuursector. Het beste is daar de maatschappelijke instellingen en bedrijven zelf voorstellen voor te laten doen. Functies voor mensen met een uitkering of een gesubsidieerde baan. Functies met een betaling net boven het minimum loon, maar onder het CAO-loon, zodat de werknemer altijd nog de prikkel en het perspectief heeft op een beter betaalde CAO-baan.
Laten we eens beginnen bij een zakelijke beoordeling
van de bestaande gesubsidieerde banen. Ofwel : Welk gesubsidieerd werk is
voor de samenleving, de instelling en de werknemer zo zinvol, dat die regulier
kan worden? Hebben we daar in Nederland geld voor? Ja. Geld is ruimschoots
voorhanden.. Het wordt nu besteed aan uitkeringen en aan zinloze dure bemiddelingsbureaus.
Het gevolg van dit illusoire wanbeleid is dat mensen in een uitkering nog
cynischer worden dan ze doorgaans al gemaakt zijn. Het is in Nederland heel
goed mogelijk om veel meer mensen, die nu in een uitkering of gesubsidieerde
baan zitten aan een ‘reguliere‘ baan te helpen. Maar het denken en het beleid
moeten radicaal om. Een deel van de banen bestaat al, de geldstroom moet alleen
anders gedefinieerd worden. De sociale subsidies moeten weer gaan naar de
instellingen die het werk daadwerkelijk aanbieden en werknemers een baan bieden
voor het belastinggeld en niet naar diegenen, die met overheidssubsidie in
wind handelen.
Ab Gietelink,
Directeur Theater Nomade, werkt onder meer met ID-werknemers.