DE HARDE LES EN HET EINDE VAN DE NOORD-ZUIDLIJN
Het hoeft geen vertoog dat men zich een verzakking
van de Amsterdamse 17e eeuwse binnenstad niet kan veroorloven en alleen maar
het risico van een ramp die Keulen heeft getroffen is onacceptabel.
De extravagante kostenoverschrijding waarbij het budget van de oorspronkelijke
1,4 miljard steeg naar een voorlopige 2,3 miljard en de geplande bouwtijd verdubbelde
van 2011 jaar naar 2017, ofwel meer dan 10 jaar en niemand durft te verzekeren
dat het einde daarmee in zicht is.
Deze praktijk stelt zeer ernstige vragen aan de manier waarop de overheid dit
soort megaprojecten uit laat voeren en of ze daar wel geëquipeerd voor
is. Daarbij is het verbijsterend dat er in de politiek een cultuur is gegroeid
waarin men dit soort excessieve kostenoverschrijdingen gewoon is gaan vinden.
Strafrechtelijk laakbaar is het wanneer men dit allemaal geweten heeft, maar
bewust de bevolking en gemeenteraad een rad voor de ogen gedraaid. Een parlementaire-
of Raadsenquete op het hoogste nivo is hier dan ook geboden. In het bedrijfsleven
krijgen verantwoordelijken in dit soort gevallen direct ontslag en dan mag men
nog blij zijn gevrijwaard te worden van strafrechtelijke vervolging. De hier
verantwoordelijke topambtenaren en politici verdienen dezelfde aanpak.
Wanneer een ding moet worden vastgesteld is dat politiek en gemeentelijke bureaucratie
niet genoeg beheersing en controle hebben om de enorme aannemersbelangen te
kunnen weerstaan en het project verantwoord te kunnen leiden. Feitelijk had
men zich bescheidener en zakelijker moeten beperken tot de rol van opdrachtgever.
Een contract met een bouwconsortium op een vaste prijs en vaste termijn dichttimmeren
zorgt ervoor dat de verantwoordelijkheid voor kosten en termijnoverschrijdingen
bij de bouwers had gelegen. Het is dan hun eigen belang om er voor te zorgen
dat ze die overschrijdingen niet zullen maken
Het is een goede zet dat men na het vertrek van
verantwoordelijk wethouder Tjeerd Herrema een reflectiepauze heeft genomen door
een commissie Veerman om advies te vragen. Maar dat is waarschijnlijk niet voldoende.
Het minimale wat moet gebeuren is een eigen enquête uit de gemeenteraad
of het parlement, naar hoe dit dreigende rampenscenario zich heeft kunnen voltrekken
en wie daar op welke wijze verantwoordelijk voor moet worden gesteld.
En de metrolijn? Ook de voorstanders van het metroproject zullen moeten erkennen
dat de tegenstanders meer en meer hun gelijk krijgen. Fr politiek is nu op een
punt aangekomen waarin ze zou moeten durven zeggen: Genoeg is genoeg. De lijn
wordt afgeblazen en van de reeds gegraven stations maken we parkeergarages.
Ab Gietelink
(Auteur, theatermaker en binnenstadbewoner)